NL EN

GEZONDHEID


Een gezonde hond:
-heeft geen last van overgewicht
-heeft geen last van maag- en darmklachten
-heeft weinig last van winderigheid en diarree
-heeft weinig, compacte amper stinkende ontlasting
-heeft geen last van allergieën
-heeft geen last van overvolle anaalklieren
-heeft weinig tot geen huidproblemen
-heeft een mooie glanzende vacht
-heeft een elastische veerkrachtige volle vacht
-heeft een schilfervrije vacht
-verhaart geleidelijk en veel minder
-heeft veel minder vaak last van oorontsteking
-is bestand tegen virussen, bacteriën en schimmels zoals demodex, kennelhoest, niesziekte
-is vrolijk en levenslustig

Over ONTWORMEN en VACCINEREN staan ook uitgebreide artikelen op deze site.

Gezondheid is meer dan alleen maar vrij zijn van ziektes!


Overgewicht [obesitas]
Nederlandse honden en katten zijn te zwaar, terwijl 70% van de baasjes denkt dat hun dier op gewicht is.
Dat blijkt uit recent onderzoek in opdracht van Hill’s Pet Nutrition.
Baasjes werd onder meer gevraagd een foto te kiezen van de hond of kat die qua gewicht het meest op hun eigen huisdier lijkt.
Het resultaat: 65% van de honden bleek te dik, bij de katten was dat maar liefst 95%.

Gezondheidsrisico’s
Honden- en katteneigenaren lijken de liefde voor hun dieren te uiten door ze (te) veel eten te geven.
Ze overvoeren en trakteren hen, terwijl de huisdieren eigenlijk veel energieker en beter af zouden zijn als ze een gezond gewicht zouden hebben.
Veel baasjes realiseren zich niet dat hun dieren (veel) te zwaar zijn, met de grote gezondheidsrisico’s van obesitas tot gevolg,
aldus specialisten van de afdeling Klinische Voeding bij de Universiteitskliniek voor Gezelschapsdieren.

Risico’s zijn o.a.
-Verkorting van de levensverwachting met twee jaar
-Slechte conditie en traagheid.
-Hart- en longproblemen.
-Verhoogde kans op blaasproblemen
-Verhoogde kans op suikerziekte.
-Bot- en gewrichtsproblemen zoals artrose.

Zoals gezegd zijn honden carnivoren en dus ingesteld op het eten van vlees.
De verre voorouderen van de hond zijn wolven. Door jarenlang selectief te fokken op uiterlijke kenmerken en door domesticatie zijn er heel veel verschillende rassen ontstaan. Ondanks alle uiterlijke verschillen van deze rassen hebben ze een ding gemeen met hun verre voorouders, de wilde wolf.
En dat is dat hun gebit en het maag-darmkanaal nog steeds precies hetzelfde zijn!

Het schaargebit met hun scherpe kiezen is gemaakt om vlees af te scheuren en harde botten te kraken.
Ze kunnen alleen grote stukken afbijten, omdat ze niet kunnen kauwen omdat ze met hun gebit geen zijwaartse bewegingen kunnen maken.

Zonder een goede darmflora, geen goede gezondheid!


Een gezonde darmflora is een van de belangrijkste pijlers voor een goede gezondheid van de hond.
Een goede darmflora bestaat uit verschillende bacterie kolonies die in de darmen aanwezig zijn.
Deze zorgen ervoor dat het voedsel voldoende afgebroken wordt. Indien de darmflora niet goed functioneert kunnen problemen ontstaan in de vorm van diarree en andere darmproblemen. Een goede darmflora is dus van essentieel belang voor een gezonde & levenslustige hond. De Ph-waarde van het maagzuur is bij een volledig rauw vlees gevoerde hond zo laag (Ph1) dat het daarom kwalijke virussen en bacteriën onschadelijk maakt. Ook zorgt het voor de vertering van het vlees en stukken bot.

Bekijk dit interessante FILMPJE Commerciële fabrieksvoeding of Natuurlijk Vers!

Steeds meer dieren op een commerciële voeding ontwikkelen, al dan niet op latere leeftijd, gezondheidsklachten.
Dit kunnen zwaardere klachten zijn zoals bijv. allergieën, nierproblemen, blaasgruis, leverproblemen en suikerziekte.
Maar ook kleine klachten zoals oorontstekingen, een slechte vacht, geïrriteerde jeukende huid en anaalklier problemen zijn vaak te wijten aan een foutieve voedingswijze. Dit alles heeft te maken met het voeren van ongeschikte voeding. Ook al zijn honden en katten gedomesticeerd het zijn nog steeds carnivoren en hun spijsverteringsstelsel is dus ook nog steeds aangepast op het eten van rauw vlees.

Hoe ontstaan allergieën?

Over het algemeen ziet men bij honden die op brokken staan veel meer allergische problemen dan bij honden die op vers staan. In brokken zitten veel plantaardige eiwitten die uit heel andere aminozuren (bouwstenen van eiwitten) bestaan dan de aminozuren in dierlijke eiwitten. Dierlijke eiwitten zijn veel beter afgestemd op wat het lichaam van de hond zelf nodig heeft aan bouwstoffen. Als het lichaam dan te veel voedingsstoffen moet omzetten (‘verbouwen’) om ze bruikbaar te maken dan komen hierbij veel afvalstoffen vrij. Deze worden door het lichaam verwijderd, o.a. door de nieren, de ontlasting of via de huid. Hierdoor kunnen allerlei problemen ontstaan, zoals blaas- en nierproblemen, langdurige diarree en allerlhande huidproblemen, ontstekingen etc.
De darmen moeten hard werken om de onopneembare afvalstoffen af te voeren en raakt hierdoor overbelast. De darmen kunnen hierdoor te doorlaatbaar worden waardoor de afvalstoffen via de darmwand in het lichaam terecht komen, terwijl ze nog niet voldoende door de darmen zijn afgebroken. Het lichaam ziet deze stoffen als indringers en gaat hierop reageren door ze aan te vallen. Hierdoor onstaan de typische allergische reacties.

Vele deskundigen zijn van mening dat het verhitten (=denatureren) van eiwitten leidt tot de vorming van eiwitcomponenten die super allergene eigenschappen hebben (dus allergieën of voedselintoleranties veroorzaken). Geperste brokken worden bij 70C bereidt. Geextrudeerde brokken worden bij temperaturen van 130 – 200C gemaakt.

Denaturatie van eiwitten
De denaturatie van proteïnes bij het bakken van een ei is onomkeerbaar. Bij denaturatie verliest een groot molecuul (macromolecuul) haar ruimtelijke structuur.
Daar de functie van een molecuul altijd samenhangt met haar samenstelling en structuur, raakt een molecuul bij denaturatie ook haar functie kwijt en wordt het daarmee onbruikbaar voor het doel waarvoor ze eigenlijk had moeten dienen.

Wat de deskundigen -soms- zeggen


Brokken en blikvoer
“In brokken en blikvoer zit alles wat uw hond nodig heeft”, maar helaas brokken en blikvoer garanderen geen lang en gezond leven zoals de producenten van diervoeding beloven. De meeste degeneratieve ziekten die we bij honden tegenwoordig tegenkomen, zijn het resultaat van het jarenlang eten van industrieel voedsel. 60-70 % van de ziektes wordt veroorzaakt door industriële voeding, dus dit berust op onwaarheden.

Merkvoeding
Dierenartsen adviseren een bepaald merk brokken en zeggen dat dit het beste is voor uw hond. Dit is vaak ook het merk dat er in hun praktijk wordt verkocht.
Maar helaas weten de meeste dierenartsen -nog- veel te weinig over voeding, dit komt o.a. doordat er heel weinig tijd besteed wordt aan voeding voor gezelschapsdieren tijdens hun 6-jarige studie tot dierenarts.
Derhalve herkennen sommige dierenartsen de ziekten & kwalen die ze in hun praktijk tegenkomen nog niet als zijnde een voeding gerelateerd probleem.
Bekijk hier het FILMPJE van de bekende dierenarts Tannetje Koning over voeding voor honden.

Vaccineren of titeren
De dierenarts wil u graag even ieder jaar zien met uw hond op de controle, maar is dat wel nodig als de hond verder gezond is? Het vaccineren van onze hond is belangrijk, maar onderzoek toont aan dat het inentingsbeleid van de laatste jaren achterhaald is. Wij mensen laten ons toch ook niet jaarlijks inenten tegen polio en tetanus. Omdat vaccinaties zeer belastend zijn voor uw hond, gaat men tegenwoordig uit van de gedachte “Zoveel als nodig, maar zo weinig mogelijk en aangepast aan het individuele risico wat de hond zou kunnen lopen”
Vaccineren is goed maar met mate eens in de 3 jaar is ruim voldoende. Sinds 2006 is bekend dat de afweerstoffen die je hond aanmaakt na het krijgen van een vaccinatie in de regel zeker 3 jaar in het lichaam aanwezig blijven. Dit is inmiddels aangetoond door beide merken die dierenartsen gebruiken; Nobivac en Vanquard. Je hond is na een cocktailvaccinatie in principe 3 jaar lang beschermd tegen parvo, hondenziekte, leverziekte HCC en een van de 2 vormen van kennelhoest. De cocktail vaccinatie biedt voor Weil en de andere variant van kennelhoest maar een jaar bescherming. De kennelhoest vaccinatie wordt vaak jaarlijks herhaald als je je hond wilt beschermen tegen deze -in principe- milde ziekte. Het wordt vaak verplicht gesteld door hondensportverenigingen of om mee te mogen doen op tentoonstellingen of als je hond naar een pension gaat. De beschermingsduur van de Weil-vaccinatie is beperkt. Daarom wordt door dierenartsen aangeraden om deze jaarlijks in het voorjaar te herhalen, voordat je hond weer gaat zwemmen en een hoger risico loopt om in contact te komen met urine van ratten. Tegenover het argument om wel tegen Weil te vaccineren staat de redenatie dat er erg veel verschillende bacteriën zijn die leptospirose kunnen veroorzaken. De vaccinatie biedt bescherming tegen een zeer beperkt aantal.

Titermeting bij de hond
Titermeting is om te zien of uw hond nog beschermt is tegen ziektes, of te wel of er nog antistoffen aanwezig zijn. Dit gebeurt door een druppel bloed af te nemen en te onderzoeken. Klik hier voor een zeer duidelijk FILMPJE over vaccineren en titeren.

Dankzij vaccinaties komt een aantal ziektes bij mens en dier tegenwoordig veel minder of nooit meer voor. Het nadeel is echter dat door vaccinatie het immuunsysteem kunstmatig wordt geactiveerd. Onderschat de bijwerkingen van vaccinaties niet. Behalve de inentingsstof zitten in de prik namelijk chemische stoffen zoals kwik, formaldehyde, paraffine, aluminium etc. die het immuunsysteem van het dier ernstig aan kunnen tasten. Men weet tegenwoordig dat tussen een heel aantal aandoeningen (b.v.allergieën, epilepsie, auto-immuunziektes)) en vaccinaties een oorzakelijk verband bestaat. Vooral de cocktail-entingen zijn zeer belastend voor het dier.

Prof. Dr. M. Horzinek (Vet. Universiteit Utrecht) heeft al in 2001 in een interview bij de Duitse WDR gezegd: “Het zijn wetenschappelijke inzichten die zeggen dat het niet nodig is om jaarlijks te enten. Het zou geen probleem zijn om met beduidend langere intervallen te werken. Maar de dierenartsen willen hun klanten minimum eens per jaar zien, en verder hebben ook de producenten van inentingsstoffen geen interesse er aan dat minder vaak gevaccineerd wordt.”
Lees HIER meer over vaccineren.

Ras-specifieke voeding
Leeftijd- en rasspecifieke voeding, dit zou “beter zijn voor honden” maar dit is absoluut de allergrootste onzin die er bestaat. Wolven, wilde honden en onze eigen honden hebben allemaal het zelfde spijsverteringsstelsel, dus is er geen enkele reden te bedenken om dit te doen. Wilde honden en wolven eten hun hele leven dezelfde vleesvoeding. In het bos lopen ook geen herten met een bord op hun rug met senioren of puppy voeding?

Tandsteen
Dierenartsen en voerfabrikanten zeggen vaak dat brokken “goed voor de tanden en kiezen zijn”, daarnaast adviseren ze ook kauwsticks voor de kiezen. Meestal zijn de honden die op brokken staan de honden die vaker naar de dierenarts moeten voor gebitscontrole om tandsteen en tandplak te laten verwijderen. Tandsteen is de vieze, stinkende, bruine uitslag op de tanden. Het is bekend dat honden, die rauwe vleesvoeding eten, hagelwitte tanden en kiezen hebben. Wolven en honden houden van nature hun gebit schoon door vlees aan stukken te scheuren en op rauwe vleesbotten te kluiven en te knagen. Het spijsverteringsproces gebeurt pas in de maag en niet in de bek. Het speeksel van een hond is anders dan bij een mens. Er gaat geen reinigende werking vanuit. De granen en suikers in de brokken zijn dan ook funest voor hun tanden en kiezen, waardoor behandeling vaker nodig is.

Zelf voer bereiden
Bij zelfbereid voer krijgen honden niet alle stoffen binnen die ze nodig hebben. Fabrikanten gaan er vanuit, dat de hond alleen maar de restjes van tafel krijgt.
Dit zou inderdaad eenzijdig zijn en slecht voor de hond. Maar het is zeker mogelijk om een hond hoogwaardig zelfgemaakt voer aan te bieden. Een Belgische dierenarts heeft jarenlang onderzoek gedaan: honden die met de pot mee-eten leven gemiddeld 2 tot 3 jaar langer dan honden die commercieel voer krijgen. Nou is met de pot mee-eten natuurlijk niet ideaal voor een roofdier, maar altijd nog 100 x beter dan commercieel voer. Het afval uit onze maatschappij, zoals pindaschillen, notendoppen, zaagsel, kippenkoppen, poten, veren, zieke dieren, afval uit stallen, enz. Kortom: afval waar we niets meer mee kunnen doen, daar maken we dan maar hondenbrokken van! Multinationals van voedingsmiddelen voor mensen zijn ook vaak de producenten van commerciële hondenvoeding. Klik hier voor een onthutsend FILMPJE.

Rauw vlees is gevaarlijk
“Je mag NOOIT rauw vlees geven omdat het met bacteriën en parasieten besmet is”. Dit is echter niet waar!
Zelfs mensen eten rauwe rundertartaar, etc. Onderzoek wijst uit dat parasieten (wormen) hoofdzakelijk te vinden zijn bij honden, die elke dag brokken en blikvoer krijgen. Het moet duidelijk zijn, dat ook de natuurlijke buit van honden (konijnen, vogels, muizen) niet steriel is.
Dan zouden alle wolven en wilde honden ziek zijn…
Feit is dat een hond met een gezond en sterk immuunsysteem prima tegen bacteriën en parasieten kan.
Een vleesetende hond heeft een maagzuur-sterkte van PH-1 zuur tot extreem zuur, hierin is leven onmogelijk, dus ook parasieten en bacteriën hebben geen schijn van kans en worden gedood

Honden mogen geen botten
“Honden mogen nooit botten eten omdat ze splinteren”. Ook dit is wederom een misverstand.
Botten worden alleen hard door ze te KOKEN en gaan dan splinteren wat natuurlijk voor honden gevaarlijk kan zijn. Echter rauwe botjes (kip, lam, konijn etc.) zijn elastisch, relatief zacht en splinteren niet.
Hoe zou het anders mogelijk zijn dat miljoenen roofdieren een prima leven leiden hoewel ze hun buit met huid, haar en ingewanden/organen en botten opeten?

bron: Diamondfauna/M. Bladder/T.Koning